Bewijzen
x
02.00 Bellen. Weeën om de drie minuten.
02.30 Aankomst. Doet het prachtig.
13.33 Geboren.
15.00 Veel bloed.
15.45 Bleek, buikpijn.
16.15 Kan niet mobiliseren.
17.10 Heeft het benauwd. Steek in haar schouderblad en boven haar rechterborst.
17.18 Arts op kamer, luistert hart en longen, geen bijzonderheden. Echo schoon, geen placentarest.
17.35 Arts gaat hartfilmpje maken.
17.50 Verpleegkundigen op de kamer, wordt opgenomen. Ik neem afscheid –
later
als ik een bad laat vollopen
is het alsof de weeën
waarvan ik alles meemaakte
de paniek
de gevaarlijke snelheid
de gekte
maar waar ik nooit
de grond onder de hoeven was
nooit het vlees om de storm
nooit de plaats van geboorte
nooit de krankzinnige opstand in de gelovige
alsof die weeën blijven bestaan
in een buik voor mijn buik
in benen die groeien uit mijn handen
in een rug onder mijn palmen
in een fantoom dat één pas voor me
blijft smeken om beroering —
daar ergens is er een lichaam
dat mijn ontferming vasthoudt
en weigert haar naar me terug te kaatsen
7.40 Is erg moe.
8.10 Steeds meer druk.
8.20 Bang om geen kracht meer te hebben voor het persen.
8.55 Moet elke wee een beetje persen.
9.45 Denkt dat de baby komt, vindt het eng.
10.00 Trekt het niet meer.
geboorte weet waar ze wil ontrollen
maar niet altijd wanneer
tijdens het middaguur dat hangt in een losse kater
in het gejaagde onder invloed zijn van de nacht
of nét voor de dageraad die ferm het kind brengt
alsof met het licht altijd
een plons water en het krijsen komt
geboorte is haar kind nooit kwijt
maar soms is ze koud en traag
twijfelt ze over het juiste moment
rekt ze de uren zo tot de barende met iedereen
het contact verloren is
en beeft
van een langdurig gebrek aan zichzelf
geboorte is genadeloos waar ze ons in onszelf
van onszelf doet afvallen, misschien is ze onzeker
niet gedecideerd genoeg
misschien is ze zo bang voor haar eigen gevolgen
dat ze eerst gaten wil slaan in de tijd
om haar vruchten te verzekeren
van onze eenzaamheid
04.20 Aankomst. Pittige weeën om de 3 minuten die ruime minuut duren.
04.25 Denkt dat ze het niet lang meer zal volhouden..
04.30 3cm ontsluiting.
04.45 Wil pijnstilling.
06.15 Ruggenprik zit, gaat slapen, ik vertrek.
16.00 Partner belt dat ze is bevallen.
ja, het was heel heftig, op het laatst
heeft ze nog twee uur
snoeihard geweend
en toen zat er nog steeds zo’n randje
zijn hartslag ging naar 180, 190
ze hebben hem gehaald met zo’n pomp
weet je wel
maar met hem gaat het goed hoor
hij ligt hier gewoon al een paar uur
kneiterhard te tukken
12.00 Zakt weg.
12.05 Continue druk tussen weeën door.
12.10 Wil niet meer, wil geen kinderen meer – bang voor persen?
12.30 Staat naast bed, beetje persdrang. Doet het kranig.
12.35 Gaat op de kruk.
12.40 Kan niet meer, steeds meer persdrang.
12.45 Denkt dat ze flauwvalt. Paniek, boosheid.
moeder, waarom laat je je zo leven zo leven zo leven
dacht je dat er iets veranderen zou als het leven
zijn hijgen door je heen walst als het in tornado’s
vraagt om je tijd als het zijn jongen tussen je benen zet
dacht je dat de zorgzaamheid om je heen zou slaan
dankbaar voor de plicht die fonkelt in het oog
van een kind voor de gloed van een lotsbestemming
ik vraag het je oplettend met de tedere zakelijkheid
van een katachtige
die haar omgeving in haar ogen laat vallen met afstand
korte blikken werpt op iedere baringshouding en sluipt
in de passages van het menselijke zonder
iets om te stoten, waarom laat je je
zo leven zo leven zo leven dacht je dat de horizon
vanzelf zou uitbetalen in papavers dijken
en een blos op je wangen als de last
maar zwaar genoeg is de inzet maar machtig
de verantwoordelijkheid maar over iets hartverscheurend
kleins – je weet toch dat het in dit land
waar je verdrinkt in de schoot van de hemel
namen geeft in je moedertaal kind voor kind leert
wat het is om een lichaam te hebben
je weet toch dat het in dit land lang en nederig zogen is
voordat je je in je nageslacht verwaaien mag
12.55 Op de kruk, start persen.
13.00 Naar de wc.
13.15 Blijft een paar weeën naast het bed staan. Heeft het zwaar. Perst goed mee.
13.30 Weer op de kruk.
13.50 In de spiegel op de grond klein stukje van het hoofdje te zien.
14.00 Heeft het zwaar.
14.15 Kan niet meer.
14.25 Gaat weer op handen en knieën.
14.45 Vliezen breken, helder vruchtwater.
15.00 Nu 1,5 uur aan het persen. Minimale vordering. Op de kruk.
twee jongens en een hond
het kleppert in mijn tanden
ik slinger het tegen de vroedvrouw aan
als ik baar in een helwitte kamer
met al die ogen om me heen
met de dag die tegen de ramen drukt
concurrerend om het ritme
dan krijg ik twee jongens
twee jongens en een hond
als ik baar in een helwitte kamer
met apparaten die proberen
mijn krachten uit te tekenen
mijn krachten te stelen
dan krijg ik twee jongens
godverdomme twee jongens
en een hond
15.10 Hoofd snijdt in.
15.23 Hartslag kind dipt, maar trekt bij.
15.30 Klein segment van het hoofd staat. Warme washanden++.
15.45 Nu vier weeën klein segment.
16.00 Groot segment. Gemaand te zuchten, perineum scheurt. Warme washanden++.
16.05 Geboren.
16.35 Gaat vloeien.
16.40 Baarmoeder contraheert alleen op massage.
mijn buik is opengebroken
mijn bloed is moe
mijn placenta’s zijn op
dit lichaam zal voor niemand meer
het begin van de tijd zijn
vandaag ben ik maar net niet
gestorven
niet langer zal ik het land zijn
waartegen een nieuwe kracht zich afzet
niet langer een open plek voor leven
niet langer de drager van de soort
niet langer de plaats die bepaald wordt
door de strijd van baby en baarmoedermond
niet langer een meningsverschil
over een geboortedatum
nooit weer
zal het mijn werkkracht
mijn hart
mijn lichaam zijn
waarin deze gebeurtenis
kan worden teruggevonden
16.43 0,5L stolsels uitgedrukt.
16.45 Nu 1,5L bloed.
16.55 Overdracht.
17.00 Gynaecoloog haalt stolsels hoog uit de vagina, totaal nu 2L.
17.15 Vloeit nog steeds.
17.20 2,2L.
17.25 2,4L.
17.30 2,6L
17.35 Gaat naar OK.
dat het alles van me vraagt
scherpte, aandacht, warme handen, rust
snelle handen, kalmte, verslaglegging
protocollen, administratie, geoefende handen
een intieme kennis van de tijd
wanneer het twee minuten geleden is
dat het hoofd
door de circlusie van de vulva brak
en stil op de grens van zelfstandigheid
stond, wanneer ik twee minuten achterloop
op de klok, hoe lang de twee minuten rust
tussen de heftigste weeën duren –
als ze bij elke wee mijn hoofd pakt
en naar haar borst trekt, als een steen
die haar aardt, heb ik uren nodig
om te zien dat het oké is gegaan, dagen dat ze
het gered heeft, nachten waarin ik
doorademen kan, minuten dat het kind levend komt
zorg verlangt tijd en tijd terug
nergens anders zo
het mijn handen verzwarende hart
het teveel aan speling in mijn tijd
het steeds iets van jezelf bij iemand achterlaten
als wanneer het siddert aan de binnenkant van mijn armen
als wanneer het rilt langs de zij van mijn lijf
als wanneer ik in één oogopslag zie hoe ze in je zat
voel hoe ze hapt naar je tepels
en begrijp dat we als mensheid niet pasgeboren
maar steeds weer net bevallen zijn
23.00 Belt, gaat hard al. Ik kom.
23.25 Aankomst. Wil naar ziekenhuis.
00.00 Verloskamer 2.
00.15 Beginnende persdrang.
00.30 Perst 2 à 3x op top van de wee. Voelt het branden.
00.35 Anus verstrijkt op de wee.
23.40 Groot deel van het hoofd staat in vulva.
23.42 Hoofd geboren.
23.45 Geboren, 1x omstrengeld en 1 ware knoop.
01.00 Volgende belt, gebroken vliezen en beginnende weeën, gaat afwachten.
04.00 Weeën om de drie minuten, ik kom.
ik zal me veruitwendigen
altijd je enkels vastpakken
je kind sussen, je opwachten
ik zal me voegen in je verdubbeling
meerijden met je zwangerschap tot waar ze uitgelaten is
ik zal mijn nachtmerries een voor een in hun zij porren
en ze nogmaals bestijgen in het licht
ik zal me aansluiten bij je troepen
mijn zonden bekennen zodat je niet gek wordt van je schuld
ik zal alles naar de oppervlakte duwen
de moeders die mijn narren zijn
omdat ze erachter zijn gekomen wat er te veel in me is
en wat er in me ontbreekt
de zuigelingen die blauw mijn dromen werden
wiens luiers mijn nachtzweet
droom oh droom oh doodsblauwe wolk van een baby
ik beloof dat ik begrijp moeder
welke angsten de verantwoordelijkheid aan ons opdringt
hoe in een zwangerschap de ziel schaakmat wordt gezet
in één lichaam, hoe de mens danst ín
een lijf, wat huid op huidcontact voor ‘n liefde plant
wat voor kreten zich in het hiaat tussen de ene wee
en de volgende ophouden, ik beloof dat ik je
in het netwerk van mijn oren voeg
en blijf wachten
tot ik hoor dat je grommend je weeën slijpt
je mensen uitdrijft
ik wil niet de soort die haar intrek in je neemt
niet de klakkeloze voortzetting van traditie
niet de kneveling van je lijf
niet de verzwaring van je vrijheid
niet het klinische van je baring
maar je vermogen een mens te baren
en er ook nog eens zwanger van te zijn
18.20 Aankomst. Een wit vrouwenbeeld, zonder hoofd, met vleugels, lijkt weeën te hebben.
18.30 Ik installeer me in een hoek van de zaal.
19.50 Ze smeekt om haar hoofd en haar armen die ze al honderden, misschien duizenden jaren mist.
19.55 Wil niet aangeraakt worden.
20.58 Persdrang?
21.00 Ze slaat haar vleugels om zich heen.
21.30 Beeft erg.
21.35 Bolt haar borstkas en geeft krachtig mee.
21.45 Ik hoor het steen langs haar liezen breken.
22.00 Het zal al wel op haar grenzen staan – komt er een kind?
22.05 Ik zie alleen haar marmeren rug, de veren om haar heen, de zee waarover haar blik heerst.
22.10 De kleine scheurtjes in haar oppervlak gaan steeds meer wijken.
22.12 Ze maalt in hoge tonen een ijl lied door de ruimte
22.15 Haar schouders draaien naar me toe
wat een beheersing
wat een aanklacht
22.30 De grond schudt en dondert onder haar druk. De overwinning trilt in haar fragmenten.
De mythen jeuken hels in haar kieren.
wat een strategie
22.33 Ze perst meedogenloos het steen in.
22.34 Haar afgebroken vingers grijpen onder haar rokken.
22.35 Geboren.
het is een duif of
het gebroken stof van een dag
x
x
x