Max Urai

Dankwoord


De auteur wil de volgende personen en instanties bedanken voor hun hulp bij de totstandkoming van deze roman.
           Qasapi Anthonsen, Martin Collins, Melodie Clark en Master Sergeant Gyon Bloch-Rogers van het Antarctic Artists and Writers Program. Ariel Waldman en Susan Fox Rogers, die zo vriendelijk waren me te helpen met mijn aanvraag.
           Al het personeel van McMurdo Station voor hun hulp tijdens de zes koudste weken van mijn leven: Elaine Hood voor haar gulle ontvangst en geduld tijdens de workshop ‘lady business in the field’; Lukas Bolwinkelmann voor de gesprekken en het pakje boter tijdens onze tocht naar Scott Base; kapelaan Nick Pinkston van The Chapel of the Snows voor zijn rust en inzichten over dooprituelen in de verschillende Orthodoxe kerken; de leden van Alcoholics Anonymous McMurdo, die zo vriendelijk waren om mij een van hun samenkomsten te laten bijwonen; Carsten ‘Big Bear’ Vogelpohl en Patrick ‘Cookie’ Rozema, voor hun expertise over het gas onder Antarctica. Ik duim met jullie mee dat we het zo lang mogelijk in de grond laten zitten.
           Dr. Floris van den Berg, die me heeft voorbereid op de ijle lucht en de vergeetachtigheid die ijsnachten teweegbrengen. Alle medische details over hoe Leonid Rogozov zijn eigen blindedarm verwijderde heb ik van hem; de fouten zijn van mij.
           De erven Donald Finkel, die me toestemming gaven om uit zijn Antarctische gedicht Adequate Earth te citeren, zelfs toen ik na een herschrijving om meer vroeg.
           Alle vrouwen die mij voorgingen het ijs op.
           Wie zich aanmeldt bij de AAW moet kunnen aantonen dat het werk een publiek gaat bereiken in de Verenigde Staten. Ik was hier nooit toe in staat geweest zonder Kelly Lopez, mijn trouwe agent en pleitbezorger, die op cruciale momenten meer in dit project geloofde dan ikzelf.
           Iedereen bij Viking Press, en in het bijzonder Alex Rokholm, Alyson Hutchison, Andrea Connell, Brooke Schreier Ganz, Carl Nielsen, Colin Richardson, Daniel Catt, Doug Sinclair, Shane Tilton en Francois Varas. Houra Rais raadde me aan om dit boek voor de Amerikaanse markt van een dankwoord te voorzien: bedankt.
            De volgende mensen hebben me geholpen om voet aan de grond te krijgen in de literaire wereld van de VS: Lariss Min, Susan Fox Rogers, Ellen Bass, Jonathan Lethem, de Lambda Literary Foundation, Lydia Davis, Elaina Richardson en de staf van Yaddo, Kim Stanley Robinson, en Naomi Shihab Nye van het San Antonio Book Festival.
           De baristas van het Terrace Café in de National Gallery of Art in Washington, waar ik wekenlang een tafel vulde met aantekeningen over de illustraties van William Blake bij de Openbaring van Johannes en ondankbaar weinig bestelde. Matt Biddulph van de Universiteit Leiden heeft vrijgevig zijn collectie Blake-materiaal tot mijn beschikking gesteld.
           Niemand verdienen meer dank dan mijn vertaalster Akiko Furukawa en haar man Masayoshi. Toen ik aankondigde dat ik naar Nagasaki kwam heeft ze zonder mijn weten de berucht norse curator van het Nagasaki Museum van Geschiedenis en Cultuur ervan weten te overtuigen mij toegang tot zijn archief te verlenen. Zonder haar inzet waren de passages over de Eerste Japanse Ambassade veel eenzijdiger geweest. Dank aan Lize Hulst van het Stadsarchief Utrecht voor het helpen vinden van de corresponderende Nederlandse documenten uit die periode.
           Aaron Gerow en prof. Akira Shimizu, die hebben samengespannen om Tatsuya Nakadai zo ver te krijgen dat hij mij een audiëntie verleende. Dank, uiteraard, aan Nakadai-san, voor de tijd die hij vrijmaakte om uitgehoord te worden over zijn samenwerkingen met Hideko Takamine. Zijn charme en geheugen zijn onverminderd. Toen ik hem vroeg over de periode dat Takamine, die al acteerde sinds haar zevende, wegrende tijdens een filmfestival in Frankrijk en een halfjaar in Parijs verdween, wist hij me details te geven die niet eens in haar autobiografie stonden. Aaron was mijn welwillende tolk en Lisa Meitner heeft het gesprek getranscribeerd.
           De familie Hayakawa voor hun gastvrijheid. Ik wil in het bijzonder Emily bedanken, die me haar grootvaders brieven liet lezen uit de tijd dat hij Hollywood verliet en zich als Zenmeester in Tokyo vestigde.
           Ting-Ju Chen voor de informatie over Tony Leung.
           Prof. Daisuke Miyao, die meer tijd nam om al mijn vragen te beantwoorden dan ik ooit had durven vragen.
            Prof. Shimizu, nogmaals, die me behoedde voor meerdere blunders als het ging om Japanse cinema.
           Mijn meelezers: Kiki Parnasse, John van Ninnegem, Julius Slort, Poppy Valentine, Tamis Kout, Marja Pruis, Bettina Heibos, gloria oudwater, Kim Stanley Robinson en Frances Goedhart. Jullie hebben me aangemoedigd toen ik het nodig had en me bekritiseerd toen het boek dat nodig had. Bijzonder dank gaat uit naar Suzanne Blinkert-Krom, die dit boek al kende voor het kon lopen.
           Steven Abele, mijn redacteur. Tijdens onze eerste ontmoeting over dit boek vertelde hij me dat hij dit niet zag als een avonturenroman, en in de zes jaar daarna is hij doorgegaan met steeds precies de juist dingen zeggen.
           Julius – nogmaals – voor zijn expertise over Avatar: The Last Airbender.
            Amelie en Edith Kirchgaessner, die me een kamer voor mezelf in Parijs aanboden toen dat het hardste nodig was.
           Mette Martens, de getalenteerde jonge dichter die drie maanden stage bij me heeft gelopen tijdens de laatste redactie van dit boek en dat proces veel makkelijker heeft gemaakt. Sorry Mette, ik ga het er toch inzetten: ik kan iedereen haar diensten aanbevelen.
            Redouan en Trevor voor hun heroïsche oppaswerk.
            Jet, Muis en Flora, ideale lezers, en de vuursteenlaag onder mijn leven.
           Zora, Joanna – tot Ganymedes en terug.

Hoewel ik geen volledige bronnenlijst kan geven, zou ik een paar titels willen noemen die een bijzonder belang voor me hebben gehad.

            Antarctica: Life on the Ice van Susan Fox Rogers

            Terra Incognita: Travels in Antarctica van Sara Wheeler

            On the Ice: An Intimate Portrait of Life at McMurdo Station van Gretchen Legler

            The Dagguerotype in Early Arctic Exploration van J.J. Bishop

            Alone in Paris van Hideko Takamine

            Sessue Hayakawa: Silent Cinema and Transnational Stardom van Daisuke Miyao

            Embodying Asian/American Sexualities – Gina Masequesmay & Sean Metzger, ed.

            Japanese Foreign Policy during the Tokugawa Shogunate van Meron Medzini

            “‘What rough beast’: new perspectives on Blakes apocalyptic prints” van Matt Biddulph

            The Dutch in Gotenburg, 1550-1652 van Karl Baedeker

            Physical Principles of Very Large Oil, Gas and Chemical Explosions van Denis P. Nolan

Het Weerbarstige Impulsen-tarot dat Mariëlle legt tijdens haar vlucht naar Antarctica is fictief, maar niet helemaal verzonnen. De grote arcana komen grotendeels overeen met die van het Aquarian-tarot van David Palladini. Uitzonderingen zijn De Dwaas, De Toren, en de toevoeging van de Halfdraak-kaart, die ik heb overgenomen uit het Alle Eeuwigen-tarot dat in de jaren twintig populair was onder Hongaarse mystici en goochelaars. De zalvingsolie die Eerwaarde Quinn op de kaarten smeert is gebaseerd op een recept van Dawn ter Have. De instructies in de tekst zijn correct en volledig, maar pas op: de kleurstof laat vlekken achter op houten lepels.
           Het citaat uit Defiant Earth van Clive Hamilton is herdrukt met permissie van Polity Books. Het citaat uit ‘Love Don’t Live Here Anymore’ (Miles Gregory, 1978) is ©Whitfield Records en hier overgenomen met toestemming van Warner Bros. Records international. Het citaat uit ‘Een politiek van plaats’ (Adrienne Rich, 1984) komt uit de vertaling van May van Sligter, die ik tot mijn geluk heb leren kennen tijdens het schrijven van dit boek. Het is overgenomen uit Bloed, brood en poëzie (Feministische Uitgeverij Sara, 1985) met vriendelijke toestemming van de vertaalster.


Comments

Max Urai werkt als schrijver. Zijn werk verscheen bij Rekto:Verso, Vooys, hard//hoofd en De Reactor. Hij was redacteur bij Perdu en werd geselecteerd voor de Parijsresidentie van deBuren. Momenteel werkt hij aan een science-fictionroman over winkelcentra.

Pieter Van de Walle

je dacht dat ik overdreef toen ik zei dat mijn vijf kolibries
vijf verschillende voederbakjes nodig hadden
omdat ze elkaar anders met hun snavels de kop inslaan

Lees verder

Tim Bongaerts

er is weinig voor nodig
een korte ontkoppeling 
van je lichaam 

hoor je het bot kraken?

Lees verder

Simone Atangana Bekono

UHH,,,I AM SORRY I KNOW NOTHING OF FORM!!

er wordt veel over me gefluisterd
ik mis tucht dus ik vraag stergespreid om tucht

Lees verder

Yinni

GEGROET BODHISATTVA VAN HET AFVAL

Lees verder

Rozalie Hirs

ik doe mijn haar
[thema en variaties]

Lees verder

Angelika Geronymaki

diep in de aardkorst gaat de tektonische grens
gebukt onder een saboteur, voor hem het onderrijk,
anti-oceaan e.d.

Lees verder

marwin vos

de teksten opnieuw doorgenomen op de woorden

– zelfmoord

– moord/uitsterven

– weigeren

– joy

Lees verder

Yasmin Namavar

ik kniel voor de bloemen, de velgen
gebukt onder het lichaam
als ik opkijk
ligt er een kind tussen mijn benen

Lees verder

Alara Adilow

Dysforie diaspora dysforie mijn
en laat me daarna spreken
Met dit bijeengeraapte vocabulaire
van ingestorte dingen: steden ideeën idealen familie economieën.

Lees verder

Anne Marijn Voorhorst

 In het Westfield Forum ruikt het niet naar urine maar naar
    parfums van alle bezoekers, plus die die er te koop zijn, plus die van de zangeressen die
    door Les Halles galmen

Lees verder